Schoon water is zelfs in Nederland geen vanzelfsprekendheid meer, blijkt uit het rapport van de Raad voor Leefomgeving en Infrastructuur. We moeten ons veel meer bewust zijn van de waarde en onze afhankelijkheid van schoon grond- en oppervlaktewater. Ons drinkwater komt voor 60 procent uit grondwater en 40 procent uit oppervlaktewater. Doordat ons water meer en meer vervuild raakt, moet Nederland zich nu al voorbereiden op drinkwaterschaarste.
Wereldwijde watercrisis
“Het is belangrijk dat de overheid zich aan de eigen waterkwaliteitsrichtlijnen houdt en scherp toeziet op mogelijke watervervuiling door de industrie en landbouw. Als we zo doorgaan, gaat het de verkeerde kant op”, zegt Marij Zwart, Senior WASH advisor (Water, Sanitaire voorzieningen & Hygiëne) van het Nederlandse Rode Kruis hierover.
“Er is een wereldwijde watercrisis gaande, dat werd algemeen erkend op de UN Waterconferentie in New York. Het Rode Kruis ziet dagelijks, op allerlei plekken in de wereld, de heftige gevolgen van waterschaarste.”
Nederland onderdeel van watercrisis
Zwart vervolgt: “Nu lijkt ook Nederland onderdeel van die watercrisis te worden. We kunnen er niet meer blind op vertrouwen dat we hier voldoende water hebben van goede kwaliteit. Dat bleek al uit een eerder verschenen RIVM-rapport en nu weer uit dit rapport van de Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur. Naast het verbeteren van de waterkwaliteit, is het verstandig als Nederland nu al nadenkt hoe bewuster en zuiniger om te gaan met water, om waterschaarste te voorkomen.”
Kleine aanpassingen met grote impact
Zwart: “In Nederland is er een watersysteem nodig dat zowel kan omgaan met te veel water als er veel regen valt, en met te weinig water als er droogte is. Het Rode Kruis denkt daar graag over mee. Overheid, waterbedrijven en hulporganisaties kunnen nu al beter samenwerken om mensen bewuster te maken van de gevolgen van watergebruik en om tips te geven om zuiniger met water om te gaan.
Het Rode Kruis doet dat al in Ghana, samen met de overheid en Vitens International. In Mali en Haïti trainen we boeren in het gebruik van simpele technieken om water te besparen. Kleine aanpassingen hebben hier al grote impact.”
